Gisteren was een leerzame dag. Naast een indringende ontmoeting met een
Mooi Mens leerde ik iets belangrijks over "creëren in netwerken".
Ik was namelijk aan de slag gegaan met zand, schep en water en was bezig een fort te bouwen. Niet zo van rats, klats, je keert wat emmers met zand om en je hebt een kasteel. Het moest, vond ik, een beetje lijken op een oud Perzisch fort,
of zoiets. (Met name dat laaste was belangrijk, ik had die marge voor historische incorrectheid nodig voor een vrij gevoel van creativiteit.)
Ik ging aan de slag en druk scheppend, zand aanstampend, boetserend en glad makend ontstond er iets dat ik zelf best leuk vond worden. Het zag er strak uit! Ik deed het helemaal voor mezelf en ging er in op.
Maar wat gebeurde er? Mijn broer ging meehelpen. Mijn neefjes gingen meehelpen. Onbekende kinderen kwamen erbij staan en wilden meehelpen. "Mevrouw, heeft u die gemaakt? Mooi!" Ik kreeg dus zelfs loftuitingen. En ga dan maar eens niet naast je teenslippers lopen, als je complimenten krijgt over je zand-fort...
Dat ene kleine bouwsel voldeed niet meer; er moesten meer projecten in het leven geroepen worden om genoeg werk te hebben voor alle 'vrijwilligers'. Dus er kwamen nog twee. Ik moest wel af en toe wat aanwijzingen roepen om te zorgen dat 't ook iets werd dat zou blijven staan, maar het ging goed. (Uiteraard zag ik ook mogelijkheden voor een managementcursus maar die gedachte kon ik gelukkig ook snel weer loslaten.)
Niet alleen dat; naast ons begonnen kinderen aan soortgelijke bouwsels, met eenzelfde aanpak en opzet. Ineens begonnen veel méér mensen (tussen de 6 en 60 jaar) aan zulke 'projecten' in plaats van maar wat geultjes en kuilen te graven, wat de waarde daarvan ook moge zijn.
Ook zag ik hoe mijn karakter in alles naar voren komt; zo business, zo vrije tijd- zelfs als ik die scheiding niet zo zwart-wit aanbreng in mijn leven. Of ik nou weblogs over innovatie (
Innovatieland.org) in het leven roep of een fort knutsel op een strandje; het patroon werd ineens erg zichtbaar. Want hoe kan het dat iets, dat zo duidelijk liefdeswerk is (en je mensen dus niet kan motiveren door ze geld te geven in ruil voor hun tijd, energie en expertise), medestanders vindt en mensen gezamenlijk aan iets willen bouwen, puur om het creëren zelf?
Al gravend deed ik een gedachtenexperiment: wat zou er gebeurd zijn als ik, zonder dat ik iets van tevoren al had gemaakt, bij al die mensen langs zou zijn gegaan en gevraagd zou hebben: "Goedemiddag, ik ga een fort maken van zand, wil je meehelpen?" Ik verwacht dat hooguit één of twee mensen mee zouden willen helpen. (Nog los van alle mensen die zich voor zoiets zouden generen, als volwassene.)
Ik gaf mezelf al meer kans als ik een prototype of schets van zo'n bouwsel zou hebben om te laten zien, dan zou ik van drie of vier mensen verwachten dat ze mee zouden willen doen. Maar
dit effect? Al die mensen die meehelpen en als 'neveneffect' de geïnspireerde projecten op de rest van het strand? Dat kan alleen als je het gewoon gaat doén en er je hart en ziel in legt. Als je niets van mensen verwacht maar ze wel verwelkomt als ze mee willen doen.
Latent potentieel spreekt veel minder mensen aan dan
gemanifesteerd potentieel; toch maken veel mensen de fout in het latente potentieel te blijven hangen en proberen hier mensen warm voor te krijgen. "Ik heb een idee, doe je mee?" werkt minder sterk dan "Ik ben mijn idee aan het uitvoeren, doe je mee?". Wil je je netwerk warm laten lopen voor een initiatief of project? Ga het gewoon doen, hoe houtje-touwtje het in eerste instantie ook zal moeten soms. Laat zien
dat het menes is, dat je zelf verantwoording neemt voor de onzichtbare maar aanwezige barrière van idee naar realiteit (van potentieel naar manifestatie). We zullen elkaar altijd nodig hebben om dingen te realiseren- je kunt het meeste niet alleen. Sommige barrières in het creatieproces zijn nodig, die verbeteren het idee of gelden juist als breekpunt in het realisatieproces. Het zou wat zijn zeg, als alle ideeën ook gerealiseerd werden.
Alles goed en wel; daar hield de leerzame ervaring niet op voor me. Na gedane arbeid en het weer uiteenvallen van
ad hoc projectgroep "Fort van Hoen" zaten we wat te eten op het gras toen we ineens een gejoel van jewelste hoorden. Een groepje kinderen sprong bovenop onze creaties en schopten het zand in de lucht. Ik heb goed opgelet of die kinderen plezier uitstraalden of iets anders, want tegelijkertijd zag ik ook de boosheid en verdriet op het gezicht van mijn 4-jarige neefje, die gekwetst naar me keek en zei: "Die kinderen moeten dat niet stukmaken!"
Het spel van creatie is tegelijkertijd een spel van vernietiging- hoewel ik het in eerste instantie ook niet leuk vond dat ze er op stonden te stampen moest ik ook meteen aan de dans van Shiva; vernietiging en creatie volgen elkaar steeds op. Magementguru-guru
Tom Peters predikt het ook:
Destruction rules! Hoewel ik het moeilijk vond dat mijn neefje die 'heilige dans' er nog niet in kon zien begreep ik ook dat het er bij hoort. Het was zand, ik heb er samen met anderen tijdelijk vorm aan gegeven en daarna valt het weer uiteen- of dat nou door kinderen of door de wind gedaan wordt. En na een tijdje was ook mijn neefje de tragiek weer vergeten. Op naar het volgende!
Wat me overigens meer opviel dan die 'vernielende' kinderen waren de ouders die erbij stonden toen hun kinderen dat deden. Het kan natuurlijk zo zijn dat ze er eenzelfde symboliek in zagen als ik, maar ik vond het toch weinig bemoedigend dat ze de gelegenheid niet aangrepen om ze iets te leren over 'respect hebben voor andermans creatie'. Ook al is het maar zand en is het maar tijdelijk: eerbied heeft een veel langere levensduur. Kinderen zijn de managers, leraren en politici van morgen, toch? Voed je een
bouwer of een
breker op? En wat ben je zelf?